fiascootje
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: fiascootje (hulp, bestand)
Woordafbreking
- fi·as·co·tje
Zelfstandig naamwoord
het fiascootje o
- verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord fiasco
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.