fonetisch

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  fonetisch    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • fo·ne·tisch
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van het Griekse 'phōnḗ' (klank, stem) met het achtervoegsel -isch [1]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen fonetischfonetischer
verbogen fonetischefonetischere
partitief fonetischfonetischers-

Bijvoeglijk naamwoord

fonetisch

  1. (taalkunde), uitspraakgericht
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord fonetisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.