free

Engels

Uitspraak
  • Geluid:  free (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /fri/
stellend vergrotend overtreffend
freefreerfreest

Bijvoeglijk naamwoord

free

  1. gratis
    «These newspapers are free
    Deze kranten zijn gratis.
  2. vrij
    «I am as free as a bird.»
    Ik ben zo vrij als een vogel.
  3. onbezet, vrij
    «This table is free
    Deze tafel is onbezet.
Afgeleide begrippen

Werkwoord

free

  1. overgankelijk bevrijden
    «He freed him from the cage.»
    Hij heeft hem bevrijd van de kooi.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.