gebiedend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  gebiedend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ge·bie·dend
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen gebiedendgebiedendergebiedendst
verbogen gebiedendegebiedenderegebiedendste
partitief gebiedendsgebiedenders-

Bijvoeglijk naamwoord

gebiedend

  1. bevelend, commando's gevend, dwingend
    • De dictator kon alleen op gebiedende wijs tot zijn onderdanen spreken. 

Werkwoord

vervoeging van: gebieden
verbogen vorm: gebiedende

gebiedend

  1. onvoltooid deelwoord van gebieden

Gangbaarheid

  • Het woord gebiedend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.