geef weer

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  geef weer    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɣef ˈwer/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • geef weer
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
weergeven

geef (…) weer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van weergeven
    • Ik geef weer. 
  2. gebiedende wijs van weergeven
    • Geef weer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van weergeven
    • Geef je weer? 

Gangbaarheid

  • Het woord geef weer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.