geitachtig
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: geitachtig (hulp, bestand)
- IPA: / ˈɡɛitɑxtəx / (3 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /ˈχɛɪ̯t.ʔɑχ.təχ/
- (Vlaanderen, Brabant): /ˈɣɛːt.ʔɑx.təx/
- (Limburg): /ˈɣɛɪ̯.dɑx.tɪx/
Woordafbreking
- geit·ach·tig
Woordherkomst en -opbouw
| stellend | vergrotend | overtreffend | |
|---|---|---|---|
| onverbogen | geitachtig | geitachtiger | geitachtigst |
| verbogen | geitachtige | geitachtigere | geitachtigste |
| partitief | geitachtigs | geitachtigers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
geitachtig
- lijkend op een geit
- verwant aan een geit
Gangbaarheid
- Het woord geitachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.