gelijkspeelde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: gelijkspeelde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ge·lijk·speel·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
gelijkspelen |
gelijkspeelde
- (in een bijzin) enkelvoud verleden tijd van gelijkspelen
- ... dat ik gelijkspeelde.
- ... dat jij gelijkspeelde.
- ... dat hij, zij, het gelijkspeelde.
- ... dat ik gelijkspeelde.
Gangbaarheid
- Het woord gelijkspeelde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.