gentle
Engels
Uitspraak
- Geluid: gentle (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /ˈdʒɛntl̩/
Woordherkomst en -opbouw
- Van Middelengels gentile, gentle, verder te herleiden tot het Oudfrans. Bekend sinds de vroege 13e eeuw.[1]
| stellend | vergrotend | overtreffend |
|---|---|---|
| gentle | more gentle gentler | most gentle gentlest |
Bijvoeglijk naamwoord
gentle
- bedaard, kalm, zacht
- «A gentle wind.»
- Een zachte wind.
- «A gentle wind.»
- beminnelijk, zachtaardig
- (adel) voornaam
- edel, hoffelijk, ridderlijk
Afgeleide begrippen
- gentlefolk, gentlehood, gentleman
| vervoeging | |
|---|---|
| onbepaalde wijs | to gentle |
| he/she/it | gentles |
| verleden tijd | gentled |
| voltooid deelwoord |
gentled |
| onvoltooid deelwoord |
gentling |
| gebiedende wijs | gentle |
Werkwoord
gentle
- overgankelijk kalmeren, verzachten
- overgankelijk (dierkunde) temmen
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.