ging los

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ging los    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ging los
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
losgaan

ging (...) los

  1. enkelvoud verleden tijd van losgaan
    • Ik ging los. 
    • Jij ging los. 
    • Hij, zij, het ging los. 

Gangbaarheid

  • Het woord ging los staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.