giva

Zweeds

Woordafbreking
  • giĀ·va

Werkwoord

giva

  1. imperatief vi-vorm van ge
  2. voorwaardelijke wijs tegenwoordige tijd van ge
  3. aanvoegende wijs tegenwoordige tijd van ge
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.