glaceerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: glaceerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- gla·ceer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
glaceren |
glaceerde
- enkelvoud verleden tijd van glaceren
- Ik glaceerde.
- Jij glaceerde.
- Hij, zij, het glaceerde.
- Ik glaceerde.
Gangbaarheid
- Het woord glaceerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.