glimlachend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  glimlachend    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • glim·la·chend

Werkwoord

vervoeging van: glimlachen
verbogen vorm: glimlachende

glimlachend

  1. onvoltooid deelwoord van glimlachen
stellend
onverbogen glimlachend
verbogen glimlachende

Bijvoeglijk naamwoord

glimlachend

  1. bezig zijnde met glimlachen
    • Glimlachend nam Nemo de toejuichingen in ontvangst. [1] 

Gangbaarheid

  • Het woord glimlachend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Herzen, Frank
    De zoon van de woordbouwer 1970 ISBN 9062805450 pagina 106
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.