glipte

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  glipte    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • glip·te

Werkwoord

vervoeging van
glippen

glipte

  1. enkelvoud verleden tijd van glippen
    • Ik glipte. 
    • Jij glipte. 
    • Hij, zij, het glipte. 

Gangbaarheid

  • Het woord glipte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.