googel

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  googel    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɡuɡəl/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • goo·gel

Werkwoord

vervoeging van
googelen

googel

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van googelen
    • Ik googel. 
  2. gebiedende wijs van googelen
    • Googel! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van googelen
    • Googel je? 

Gangbaarheid

  • Het woord googel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.