haagbeukje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  haagbeukje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhaɣbøkjə/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • haag·beuk·je
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

hethaagbeukjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord haagbeuk

Gangbaarheid

  • Het woord haagbeukje staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.