haakoogje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  haakoogje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • haak·oog·je

Zelfstandig naamwoord

hethaakoogjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord haakoog
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.