handel af
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: handel af (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhɑndəl ɑf / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- han·del af
Woordherkomst en -opbouw
Werkwoord
vervoeging van |
---|
afhandelen |
handel af
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhandelen
- Ik handel af.
- gebiedende wijs van afhandelen
- Handel af!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afhandelen
- Handel je af?
Gangbaarheid
- Het woord handel af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.