harpen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  harpen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • har·pen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
harpen
harpte
geharpt
zwak -t volledig

Werkwoord

harpen [2]

  1. de harp bespelen
  2. zeven
Afgeleide begrippen

Zelfstandig naamwoord

deharpenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord harp

Gangbaarheid

  • Het woord harpen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
93 %van de Nederlanders;
83 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.