heit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: heit (hulp, bestand)
Woordafbreking
- heit
Werkwoord
vervoeging van |
---|
heien |
heit
Gangbaarheid
- Het woord heit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Fries
Zelfstandig naamwoord
heit g
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
- Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
- heit
Bijwoord
heit
- (tijdrekening) heden, vandaag
- «Heit will ich eppes mit eich mitdeele.»
- Vandaag wil ik je iets vertellen.
- «Heit will ich eppes mit eich mitdeele.»
Afgeleide begrippen
- heitzudaag
- heitzudaage
Opmerkingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.