help

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  help    (hulp, bestand)
  • IPA: /ɦɛɫp/
Woordafbreking
  • help

Tussenwerpsel

help!

  1. roep om hulp
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
helpen

help

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van helpen
    • Ik help. 
  2. gebiedende wijs van helpen
    • Help! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van helpen
    • Help je? 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen

Meer informatie

Gangbaarheid

  • Het woord help staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.


Angelsaksisch

Zelfstandig naamwoord

help v

  1. hulp
Overerving en ontlening


Engels

Uitspraak
  • Geluid:  help (VS)    (hulp, bestand)
  • IPA: /hɛlp/

Zelfstandig naamwoord

help

  1. hulp
vervoeging
onbepaalde wijs to  help 
he/she/it  helps 
verleden tijd  helped 
voltooid
deelwoord
 helped 
 holpen 
onvoltooid
deelwoord
 helping 
gebiedende wijs  help 

Werkwoord

help

  1. helpen
  2. bijdragen
Afgeleide begrippen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.