heugde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: heugde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- heug·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
heugen |
heugde
- onpersoonlijke verleden tijd van heugen
vervoeging van |
---|
heugen |
heugde
- enkelvoud verleden tijd van heugen
- Ik heugde.
- Jij heugde.
- Hij, zij, het heugde.
- Ik heugde.
Gangbaarheid
- Het woord heugde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.