hjul

Zweeds

Uitspraak
  • Geluid:  hjul    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hjul
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord hjól
Naar frequentie 4280
hjuls enkelvoud meervoud
  onbepaald bepaald onbepaald bepaald
  nominatief     hjul     hjulet     hjul     hjulen  
  genitief     hjuls     hjulets     hjuls     hjulens  

Zelfstandig naamwoord

hjul

  1. wiel
Afgeleide begrippen
  • hjulaxel
  • hjulboja
  • hjulnav
Verwante begrippen
  • enhjuling
  • ståhjuling

Zelfstandig naamwoord

hjul

  1. nominatief onbepaald onzijdig meervoud van hjul
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.