homologeert
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: homologeert (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ho·mo·lo·geert
Werkwoord
vervoeging van |
---|
homologeren |
homologeert
- tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van homologeren
- Jij homologeert.
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van homologeren
- Hij homologeert.
- (verouderd) gebiedende wijs meervoud van homologeren
- Homologeert!
Gangbaarheid
- Het woord homologeert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.