hoofdelijk

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  hoofdelijk    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hoof·de·lijk
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van hoofd met het achtervoegsel -lijk met het invoegsel -e-
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen hoofdelijkhoofdelijkerhoofdelijkst
verbogen hoofdelijkehoofdelijkerehoofdelijkste
partitief hoofdelijkshoofdelijkers-

Bijvoeglijk naamwoord

hoofdelijk o

  1. Voor ieder afzonderlijk geldend
    • In een vennootschap onder firma zijn de vennoten hoofdelijk aansprakelijk. 
  2. Door elk van de aanwezigen afzonderlijk
    • Tijdens de vergadering werd het voorstel door middel van hoofdelijk stemming aangenomen. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord hoofdelijk staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
86 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.