houtbesparender

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  houtbesparender    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈhɑudbəˌsparəndər/ (5 lettergrepen)
Woordafbreking
  • hout·be·spa·ren·der
Woordherkomst en -opbouw

Bijvoeglijk naamwoord

houtbesparender

  1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van houtbesparend
     Dit zijn kleine oventjes, die brandveiliger en houtbesparender zijn, dan het open vuur waarop men nu vaak kookt.[1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'houtbesparender' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron Gearchiveerde versie
    Hilde Hartman
    Project Lwengo : Besteding avondmaalscollecte 30 januari. in: Samenspraak (maart 2011), PKN Hoogezand-Sappemeer, p. 5
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.