huwde uit
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: huwde uit (hulp, bestand)
Woordafbreking
- huw·de uit
Werkwoord
vervoeging van |
---|
uithuwen |
huwde uit
- enkelvoud verleden tijd van uithuwen
- Ik huwde uit.
- Jij huwde uit.
- Hij, zij, het huwde uit.
- Ik huwde uit.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.