huwelijkte uit

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  huwelijkte uit    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • hu·we·lijk·te uit
Woordherkomst en -opbouw
  • uit huwelijkte (werkwoord) en uit, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

vervoeging van
uithuwelijken

huwelijkte uit

  1. enkelvoud verleden tijd van uithuwelijken
    • Ik huwelijkte uit. 
    • Jij huwelijkte uit. 
    • Hij, zij, het huwelijkte uit. 

Gangbaarheid

  • Het woord huwelijkte uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.