imiteerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  imiteerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • imi·teer·de

Werkwoord

vervoeging van
imiteren

imiteerde

  1. enkelvoud verleden tijd van imiteren
    • Ik imiteerde. 
    • Jij imiteerde. 
    • Hij, zij, het imiteerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord imiteerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.