imkerde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  imkerde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • im·ker·de

Werkwoord

vervoeging van
imkeren

imkerde

  1. enkelvoud verleden tijd van imkeren
    • Ik imkerde. 
    • Jij imkerde. 
    • Hij, zij, het imkerde. 

Gangbaarheid

  • Het woord imkerde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.