impair
Engels
Uitspraak
- Geluid: impair (VK) (hulp, bestand)
Woordherkomst en -opbouw
- Via Middelengels impairen/empeiren van Oudfrans empeirier (< Latijn impeiorare)
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to impair |
he/she/it | impairs |
verleden tijd | impaired |
voltooid deelwoord |
impaired |
onvoltooid deelwoord |
impairing |
gebiedende wijs | impair |
Werkwoord
impair
- overgankelijk beschadigen [1], schade toebrengen aan
Afgeleide begrippen
- impairment
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.