incheck
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: incheck (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·check
Werkwoord
vervoeging van |
---|
inchecken |
incheck
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inchecken
- ... dat ik incheck.
Gangbaarheid
- Het woord incheck staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.