incorporeert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  incorporeert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·cor·po·reert

Werkwoord

vervoeging van
incorporeren

incorporeert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incorporeren
    • Jij incorporeert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van incorporeren
    • Hij incorporeert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van incorporeren
    • Incorporeert! 

Gangbaarheid

  • Het woord incorporeert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.