induceert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  induceert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·du·ceert

Werkwoord

vervoeging van
induceren

induceert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van induceren
    • Jij induceert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van induceren
    • Hij induceert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van induceren
    • Induceert! 

Gangbaarheid

  • Het woord induceert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.