inkochel
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: inkochel (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·ko·chel
Werkwoord
vervoeging van |
---|
inkochelen |
inkochel
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inkochelen
- ... dat ik inkochel.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.