inleefbaar

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  inleefbaar    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·leef·baar
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van inleven met het achtervoegsel -baar
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen inleefbaarinleefbaarderinleefbaarst
verbogen inleefbareinleefbaardereinleefbaarste
partitief inleefbaarsinleefbaarders-

Bijvoeglijk naamwoord

inleefbaar

  1. invoelbaar, je te kunnen verplaatsen in de leefwereld en de gevoelens van een ander
    • Maar het meest verliefd is Jeroen toch wel op een 88-jarige baboesjka, en de gevoelens lijken wederzijds. In kort en simpel bestek wordt zo de aanstekelijke Slavische hartelijkheid en de schrijnende armoede inleefbaar uitgelegd. [1] 

Gangbaarheid

  • Het woord inleefbaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Hans Beerekamp NRC 11 januari 2012
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.