inmigrar

Spaans

Uitspraak
  • IPA: /in.mi.ˈgɾaɾ/
Woordafbreking
  • in·mi·grar
Woordherkomst en -opbouw
  • Ontleend aan het Latijnse immigrare, maar zonder de gebruikelijke assimilatie.
stamtijd
infinitief verleden
tijd
voltooid
deelwoord
inmigrar
inmigraba
inmigrado
volledig

Werkwoord

inmigrar

  1. immigreren, inwijken
Verwante begrippen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.