interfacultair
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: interfacultair (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·ter·fa·cul·tair
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | interfacultair | interfacultairder | interfacultairst |
verbogen | interfacultaire | interfacultairdere | interfacultairste |
partitief | interfacultairs | interfacultairders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
interfacultair
- betrekking hebbend op, plaatsvindend tussen faculteiten onderling
- ▸ De drie organisaties vertegenwoordigen samen vrijwel alle Nederlandse huisartsen en bijna de hele eerstelijnszorg. De Vereniging Praktijkhoudende Huisartsen (VPH) had al gezegd dat de organisatie mede-aangever wil zijn. Ook het Interfacultair Overleg Huisartsengeneeskunde (IOH) en de Landelijke Organisatie van Aspirant Huisartsen (LOVAH) steunen de zaak van advocaat Ficq.[1]
- behorend tot, betrekking hebbend op een interfaculteit
Gangbaarheid
- Het woord interfacultair staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron “Huisartsen sluiten zich aan bij aangifte tegen tabaksindustrie” (Dinsdag 13 februari 2018, 08:28), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.