inwilligt

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  inwilligt    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • in·wil·ligt

Werkwoord

vervoeging van
inwilligen

inwilligt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwilligen
    • ... dat jij inwilligt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inwilligen
    • ... dat hij inwilligt. 

Gangbaarheid

  • Het woord inwilligt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.