judode

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  judode    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ju·do·de

Werkwoord

vervoeging van
judoën

judode

  1. enkelvoud verleden tijd van judoën
    • Ik judode. 
    • Jij judode. 
    • Hij, zij, het judode. 

Gangbaarheid

  • Het woord judode staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.