kadert

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kadert    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ka·dert

Werkwoord

vervoeging van
kaderen

kadert

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kaderen
    • Jij kadert. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van kaderen
    • Hij kadert. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van kaderen
    • Kadert! 

Gangbaarheid

  • Het woord kadert staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.