karde

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  karde    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kar·de

Werkwoord

vervoeging van
karren

karde

  1. enkelvoud verleden tijd van karren
    • Ik karde. 
    • Jij karde. 
    • Hij, zij, het karde. 

Gangbaarheid

  • Het woord karde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.