knetteren

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  knetteren    (hulp, bestand)
  • IPA: /'knɛtərə(n)/
Woordafbreking
  • knet·te·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘scherpe geluiden doen horen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1630 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
knetteren
knetterde
geknetterd
zwak -d volledig

Werkwoord

knetteren

  1. inergatief een serie korte scherpe geluiden voortbrengen
    • De kortsluiting veroorzaakte een knetterend geluid. 

Gangbaarheid

  • Het woord knetteren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.