krabde af

Uitspraak

• Geluid:  krabde af    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• krab·de af

Woordherkomst en -opbouw

• uit krabde (werkwoord) en af, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

krabde af

1. enkelvoud verleden tijd van afkrabben
   

   • Ik krabde af. 
     
   • Jij krabde af. 
     
   • Hij, zij, het krabde af. 

Gangbaarheid

• Het woord krabde af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.