kubiek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kubiek    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ku·biek
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘inhoudsmaat’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1599 [1]
stellend
onverbogen kubiek
verbogen kubieke
partitief kubieks

Bijvoeglijk naamwoord

kubiek

  1. (wiskunde) met de vorm van een kubus, dezelfde inhoud hebbend als een kubus met ribben van deze maat
    • De doos had een inhoud van twee kubieke meter. 
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord kubiek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
74 %van de Nederlanders;
88 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.