kwebbelen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  kwebbelen    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • kweb·be·len
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘veel en rad praten’ voor het eerst aangetroffen in 1902 [1]
  • [2]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
kwebbelen
kwebbelde
gekwebbeld
zwak -d volledig

Werkwoord

kwebbelen [3]

  1. onovergankelijk praten, babbelen, kletsen
Afgeleide begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord kwebbelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.