labboontje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  labboontje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɑboncə/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • lab·boon·tje
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

hetlabboontjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord labboon
    • "En ik ook," zei labboontje. [1]

Gangbaarheid

  • Het woord 'labboontje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.