lepelt in

Uitspraak

• Geluid:  lepelt in    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• le·pelt in

Woordherkomst en -opbouw

• uit lepelt (werkwoord) en in, hiertussen kunnen nog andere woorden staan

Werkwoord

lepelt (...) in

1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inlepelen
   

   • Jij lepelt in. 

2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inlepelen
   

   • Hij lepelt in. 

3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van inlepelen
   

   • Lepelt in! 

Gangbaarheid

• Het woord lepelt in staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.