lesgebouwtje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  lesgebouwtje    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈlɛsxəˌbɑuwcə/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • les·ge·bouw·tje

Zelfstandig naamwoord

hetlesgebouwtjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord lesgebouw

Gangbaarheid

  • Het woord 'lesgebouwtje' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.