ließen
Duits
Uitspraak
- Geluid: ließen (hulp, bestand)
- IPA: / liːsn̩ /
Woordafbreking
- lie·ßen
Werkwoord
ließen
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van lassen
ließen
- derde persoon enkelvoud verleden tijd aantonende wijs bedrijvende vorm van lassen
Werkwoord
ließen
- eerste persoon enkelvoud verleden tijd aanvoegende wijs bedrijvende vorm van lassen
ließen
- derde persoon enkelvoud verleden tijd aanvoegende wijs bedrijvende vorm van lassen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.