looptijdje

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  looptijdje    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • loop·tijd·je

Zelfstandig naamwoord

hetlooptijdjeo

  1. verkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord looptijd
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.